Verrassend "platte" Titan is zacht van binnen

Laatste wijziging: zaterdag 4 april om 23:20, 4271 keer bekeken
 
Groningen, zaterdag 4 april 2009

De reusachtige Saturnusmaan Titan blijkt verrassend niet-bolvormig te zijn, hetgeen suggereert dat het inwendige van Titan reusachtige reservoirs van vloeibaar methaan herbergt. Titan heeft een diameter van 5150 kilometer, waarmee het groter is dan Mercurius en slechts iets kleiner dan de grootste maan in het zonnestelsel: Jupiter's Ganymedes. Door middel van weerkaatste radiosignalen heeft de Saturnusverkenner Cassini voor het eerst de vorm van Titan weten te bepalen.



Uit een analyse van deze gegevens blijkt dat Titan bepaald geen perfecte bolvorm heeft - een verstoord ei-achtig iets vormt een betere omschrijving van de vorm zoals die door Cassini is waargenomen. De polen van Titan zijn dusdanig afgeplat dat het oppervlak 700 meter lager ligt dan aan de evenaar. Deze mate van afplatting is veel hoger dan verwacht en kan niet verklaard worden aan de hand van de huidige omloopbaan van Titan.

In plaats daarvan moet Titan ooit dichter bij Saturnus gestaan hebben. In een kleinere, snellere omloopbaan zou Titan ook sneller rondom zijn as gedraaid hebben - althans, als we aannemen dat Titan ook toen in een getijdenslot heeft gestaan, waarbij de maan altijd met dezelfde kant naar Saturnus wijst (net zoals tegenwoordig het geval is bij Titan, evenals bij onze eigen maan).

Om de huidige mate van afplatting te verklaren zou Titan ooit 23% dichter bij Saturnus gestaan moeten hebben. Het is echter niet bekend waarom Titan later naar buiten zou zijn verschoven. De lagere hoogte van de polen vormt een mooie verklaring voor de vraag waarom de meren van koolwaterstoffen, die de laatste jaren ontdekt zijn, alleen in de poolstreken van Titan voorkomen.



Als Titan gigantische ondergrondse voorraden van koolwaterstoffen herbergt, dan vormen de oppervlaktemeren simpelweg de locaties waar het oppervlak laag genoeg is om een deel van deze vloeistoffen bloot te leggen. Dit vormt echter niet de enige mogelijke verklaring. Het is ook mogelijk dat de weersomstandigheden aan de polen resulteren in meer regenbuien van koolwaterstoffen in vergelijking met de rest van Titan.

Als Titan inderdaad enorme reservoirs van methaan en ethaan verborgen houdt, dan zou dit een mooie verklaring vormen voor de hoge concentratie van methaan in de atmosfeer van Titan. Chemische reacties zouden dit methaan al lang vernietigd moeten hebben, tenzij het voortdurend wordt aangevuld vanuit een bron die veel groter is dan hetgeen puur door de oppervlaktemeren kan worden aangevuld.



Orginele bron: New Scientist



Bron: astrostart.nl